Sporen van de Tempelieren in Nederland - http://www.tempelieren.nl - © Ben Brus 2003-2012 




Arnhem

 

Met betrekking tot een eventuele aanwezigheid van de Tempelorde in Arnhem werden slechts enkele op zich nog weinig zeggende aanwijzingen gevonden.

- J. Dresselhuis vermeldt in zijn “Verhandeling over de vernietiging van de orde der Tempelieren” (In: Vriend des Vaderlands. 1829, III, pg.444.) met betrekking tot de Tempelorde, dat “...deze rijke ridderorde te Arnhem, Nijmegen, ......., enz. aanzienlijke bezittingen had,..”. De schrijver heeft hier zeer waarschijnlijk de commanderijen van de Hospitaalridders te Arnhem en Nijmegen ten onrechte aangezien voor Tempelvestigingen.

  -  J.Thoben schrijft in zijn “Het Kerspel Beek in de Liemers” op pagina 417: ”Tempelridders vestigen zich ook in Arnhem: er wordt gezegd, dat het oostelijk deel van de Arnhemse St.Janskerk door hen wordt gebouwd.” Bevestiging hiervan en nadere bijzonderheden werden niet gevonden.

  -  De aan de geschiedenis van Arnhem gewijde website “Arneym” vermeldde indertijd: ”Graaf Otto was in 1189 naar het Heiligland op kruistocht gegaan. Bij terugkomst schonk hij een deel van zijn grond aan de Ridders van Sint Jan, hospitaalridders van de Tempel van Jeruzalem.” Deze niet geheel duidelijke uitspraak heeft ongewijfeld geen betrekking op de Tempelorde, maar op de Johannieterorde. De laatste heeft in Arnhem een niet onbelangrijke vestiging gekend.

- Bij de opheffing van de Tempelorde werden, volgens pauselijke beslissing, haar bezittingen aan de Johannieterorde toegewezen. De Arnhemse kommanderie van de Johannieters ontving na 1312 inderdaad van de Tempelorde afkomstige goederen, onder anderen landerijen in de Liemers. (Zie  Groessen.). Dat hier ook goederen uit het bezit van een Tempelhuis in Arnhem bij waren, is tot heden niet gebleken.

 

Voor wat het lange afstandsverkeer betreft: de ligging van Arnhem is zeker van dien aard, dat de stad voor een vestiging van de Tempelorde in aanmerking zou komen. Deze Orde vestigde zich echter bij voorkeur op het platte land en in mindere mate in steden.

 

Samenvattend: Over de aanwezigheid van de Tempelieren in Arnhem is weinig of niets met zekerheid bekend. Ze valt zeer sterk te betwijfelen.

 

Vraag met betrekking tot “Insula Dei”.

Graaf Reinoud I van Gelre werkte rond 1300 aan een groots maar weinig reëel plan voor een reorganisatie van zijn graafschap en een te ondernemen kruistocht. Aan hospitalen en aan de Hospitaalridders was daarbij een gepaalde rol toegedacht. Rond een hospitaal gegroepeerde stedelijke gemeenschappen stonden centraal in dit plan. Deze werden door hem “Insula Dei” genoemd. Dit plan kwam niet verder dan tot een begin van uitvoering. ( Zie verder: Maas en Waal: punt 12. Reinoud I en zijn “Insula Dei”-project.)

De naam “ Insula Dei” leeft (nog steeds?) in Arnhem, o.a. als naam van een verzorgingshuis. Een vraag is, of de betrokken sociale activiteiten nog min of meer een voortzetting zijn van de activiteiten van graaf Reinoud I en van de Hospitaalridders (de Johannieters ) van rond 1300, of dat in veel latere jaren alleen uit ver vervlogen tijden een lang vergeten maar aansprekende naam werd overgenomen.

Pogingen op deze vraag een antwoord te vinden leverden tot nog toe geen resultaat. Reacties graag aan:  info@tempelieren.nl       

 

Verder Terug Home